Methode Mel Disselkoen

cel1-bmpIn 1985 ontdekte Mel Disselkoen bij toeval tijdens het werken in de bijen dat als een cel, met daarin een larve jonger dan 36 uur, aan de onderzijde werd beschadigd de bijen daar spontaan een koninginnencel op optrokken. Omdat hij altijd afleggers maakte voor de verkoop kwam hem dat goed uit en hij ontwikkelde deze methode verder om zonder veel inspanning koninginnen van hoge kwaliteit te telen.
Bij een koningin mag de voeding nooit onderbroken worden omdat zij vanaf het uitlopen van het eitje tot het sluiten van de koninginnencel in slechts 5,5 dagen 1500 maal zwaarder moet worden. (Bizar voorbeeld: Een menselijke baby van 3,5 kg zou na 5,5 dagen dan 5250 kg wegen.)

Van een volk met 8 ramen broed verwijdert hij de koningin en 2 ramen broed. Verder schudt hij er nog 2 ramen bijen bij en vult aan met kunstraat. Deze koninginnenaflegger brengt hij naar een andere stand.

cellen 2-bmpHet volk zonder koningin gaat zich nu moerloos voelen. Dan zoekt hij op minstens 3 ramen broed, larven < 36 uur oud.
Met de kastbeitel steekt hij de onderzijde van de cellen waarin deze larven liggen tot op het kunstraat weg zonder de larven aan te raken. De cellen worden onder een hoek van ca. 60 graden weggebogen en beschadigd maar dat is niet erg.

De moerloze bijen gaan op deze larven spontaan notchdoppen trekken en vullen de cel met een overvloed aan koninginnengelei. Omdat bij deze larven de voeding niet wordt onderbroken worden dit koninginnen van hoge kwaliteit.
Het volk zit vol bijen en heeft geen stress.

Helaas wordt in onze opleidingen aan cursisten nog steeds geleerd een aflegger te maken die dan afvliegt en zelf een koningin gaat kweken uit een redcel. Koninginnen uit redcellen zijn echter niet de beste koninginnen. Om de kwaliteit van de koningin te verbeteren maak je een notch als hierboven beschreven. Dan voorkom je dat er een koningin uit een redcel uitloopt. Iets meer werk maar veel beter resultaat.

Na 5 dagen zijn de koninginnencellen in het volk gesloten. Dan maakt hij van het volk 3 afleggers met elk 2 ramen broed, koninginnencellen, kunstraat en voer.
Deze afleggers kunnen op de eigen stand blijven.
5 dagen later worden de koninginnencellen op 2 na weggebroken, of worden de rijpe doppen geoogst, om nazwermen te voorkomen.
Hierna loopt een koningin uit die op bruidsvlucht gaat en na bevruchting aan de leg gaat.
Dit kun je verwachten 14 dagen na uitlopen van de koningin.